Brandbeveiliging in gebouwen - Verluchtingsopeningen in binnentrappenhuizen
Deze norm bepaalt de minimale voorwaarden waaraan rookafvoerluiken, gelegen in het bovenste deel van de binnentrappenhuizen die verticale evacuatiewegen van gebouwen zijn, moeten voldoen.NOTA: Bij brand wordt door het openen van luiken in het onderste en in het bovenste deel van het trappenhuis een opgaande stroming geschapen door natuurlijke trek. Afhankelijk van de ontwikkeling van de brand op het brandend niveau en van de toestand van de toegangsdeur daarnaartoe, kan het zijn dat rook in het trappenhuis dringt en dan afgevoerd wordt door de opgaande stroming. Deze stroming houdt het deel van het trappenhuis onder het brandend niveau rookvrij.Het neutrale vlak is het vlak waaronder het trappenhuis in onderdruk staat ten opzichte van de lokalen die er toegang to geven, zodat deze lokalen gevrijwaard worden van de rook uit het trappenhuis. Door het openen van een afvoerluik in het bovenste deel van het trappenhuis wordt het neutrale vlak in opwaartse zin verplaatst.Deze norm is van toepassing op gesloten binnentrappenhuizen die de verdiepingen boven hun evacuatieniveau bedienen.De norm NBN EN 12101-2-ANB is van toepassing.
View in