Dit document is van toepassing op airconditioners, warmtepompen en pakketten voor vloeistofkoeling, inclusief comfort- en proceschillers. Het is van toepassing op in de fabriek gemaakte units zoals gedefinieerd in EN 14511-1, met uitzondering van enkelkanaals, dubbelkanaals, schakelkast en close control units. Het dekt ook warmtepompen met directe uitwisseling naar water (brine) (DX-naar-water (brine)) zoals gedefinieerd in EN 15879-1.
Dit document is ook van toepassing op hybride eenheden zoals gedefinieerd in deze norm.
Dit document specificeert de temperaturen, deellastomstandigheden en de berekeningsmethoden voor het bepalen van de seizoensgebonden energie-efficiëntie SEER en SEERon, seizoensgebonden energie-efficiëntie voor ruimtekoeling ηs,c, seizoensgebonden prestatiecoëfficiënt SCOP, SCOPon en SCOPnet, seizoensgebonden energie-efficiëntie voor ruimteverwarming ηs, h en seizoensgebonden energieprestatieverhouding SEPR.
Dergelijke berekeningsmethoden kunnen gebaseerd zijn op berekende of gemeten waarden.
In het geval van gemeten waarden specificeert dit document de testmethoden voor het bepalen van capaciteiten, EER- en COP-waarden tijdens actieve modus bij deellast. Het stelt ook testmethoden vast voor opgenomen vermogen tijdens thermostaat-uit-modus, stand-bymodus, uit-modus en carterverwarmingsmodus.
OPMERKING 1 Het woord " eenheid" wordt gebruikt in plaats van de volledige voorwaarden van de producten.
OPMERKING 2 Het woord " verwarming" wordt gebruikt om ruimteverwarming aan te duiden.