ISO 14916:2017 specificeert de procedure voor het bepalen van de treksterkte van thermisch gespoten coatings onder spanning in de richting loodrecht op het oppervlak van de coating door middel van een trekproef. Door deze procedure te gebruiken, wordt de vergelijkbaarheid van de testresultaten gewaarborgd.
De test is bedoeld om de treksterkte van de hechting tussen de thermisch gespoten coating en het substraatmateriaal of tussen de hecht- en deklaag en/ of de cohesiesterkte van de gerelateerde laag van het coatingsysteem te bepalen. In sommige gevallen kunnen thermisch gespoten coatings meer dan twee lagen hebben. De in dit document gespecificeerde methode is ook van toepassing voor het bepalen van de treksterkte tussen de grensvlakken van verschillende lagen in een coatingsysteem dat uit meer dan twee lagen bestaat.
Deze test is voldoende om coatings die zijn vervaardigd met dezelfde of vergelijkbare grondstoffen en thermische spuitprocessen met elkaar te vergelijken. De treksterktetest is niet bedoeld om absolute waarden te geven voor de evaluatie van de duurzaamheid van coatings bij operationeel gebruik.
De test wordt gebruikt om de invloed van de ondergrondvoorbereiding, de spuitcondities en de procesparameter op de treksterkte van thermisch gespoten coatings te beoordelen. Het kan ook worden gebruikt om de consistentie van de fabricage- en spuitprocessen te bewaken.
OPMERKING Deze trekproef kan ook worden toegepast op zeer dunne coatings. Bovendien kan de infiltratie van hechtmiddel in de thermisch gespoten coatings met een vereist niveau van porositeit worden geminimaliseerd met behulp van een geschikt hechtmiddel (folie in plaats van vloeistof). Voor verdere instructies verwijzen wij u naar 6.5.3. Deze trekproef is niet geschikt voor het bepalen van de kleefkracht van versmolten spuitcoatings die zijn aangebracht met behulp van zelfvloeiende legeringen vanwege hun inherent hoge waarden voor hechtsterkte.