Deze Europese norm specificeert de vereisten voor in de fabriek gemaakte fenolschuimproducten, met of zonder bekleding of coatings, die worden gebruikt voor de thermische isolatie van gebouwen. De producten worden vervaardigd in de vorm van platen en laminaten.
Producten die onder deze norm vallen, worden ook gebruikt in geprefabriceerde thermische isolatiesystemen en composietpanelen de prestaties van systemen waarin deze producten zijn verwerkt, worden niet gedekt.
Deze norm beschrijft productkenmerken en omvat procedures voor testen, evaluatie van conformiteit, markering en etikettering.
Deze norm specificeert niet het vereiste niveau van een bepaalde eigenschap dat door een product moet worden bereikt om geschiktheid voor een bepaald doel in een bepaalde toepassing aan te tonen. De vereiste niveaus voor een bepaalde toepassing zijn te vinden in voorschriften of niet-conflicterende normen.
Producten met een opgegeven thermische weerstand van minder dan 0,40 m2⋅K/ W of een opgegeven thermische geleidbaarheid van meer dan 0,050 W/ (m⋅K) bij 10 °C vallen niet onder deze norm.
Deze norm heeft geen betrekking op in-situ thermische isolatieproducten, producten die bedoeld zijn om te worden gebruikt voor de thermische isolatie van bouwapparatuur en industriële installaties (gedekt door EN 14314 [3]).